Tapuit

doortrekker

135 waarnemingen, 253 vogels

 

Vrijwel jaarlijks worden Tapuiten gezien in het Groote Wielengebied tijdens de voor- en najaarstrek. Je kan ze haast niet missen wanneer ze opvliegen van een hek of een afrastering en hun helder witte stuit laten zien. De vogels houden van gevarieerde, kruidenrijke graslanden met hier en daar wat ruigere vegetatie met veel insecten.   

 

meer info

Zoeken
Generic filters
Exact matches only
Search in title
Search in content
Search in excerpt
Filter by Categorieën
Vogels

Ontwikkeling in aantallen waarnemingen 

 

Voorkomen gedurende het jaar  – verdeling over de maanden

De meeste waarnemingen van doortrekkende Tapuiten in het Groote Wielengebied komen uit de maanden maart, april en september. De vogels worden vooral in graslanden gezien, soms samen met Paapjes, vaak op hekken of draad of op de grond scharrelend naar voedsel. Hoewel de soort in Nederland als broedvogel heel wat veren heeft moeten laten, is daarvan in het Groote Wielengebied weinig te merken. Het aantal waarnemingen is door de jaren heen tamelijk constant. Meestal betreft het twee of drie vogels. Tweemaal zijn er grotere aantallen gezien: 22 september 1984 14 vogels en op 29 april 1995 12 vogels. 

foto Ruurd-Jelle van der Leij