Staartmees

jaarvogel

57 waarnemingen, 481 vogels

 

Staartmezen zijn voornamelijk in en rond de winter in het Groote Wielengebied te vinden, vooral langs de randen van het gebied met bosschages. Het zijn stand- en zwerfvogels die ’s winters ook overschakelen van insecten naar kleine zaden. Ze broeden in parkachtige gebieden met dichte aanwezige struikgewassen. In de winter worden ze vooral in groepen gezien op zoek naar voedsel.

 

meer info

Zoeken
Generic filters
Exact matches only
Search in title
Search in content
Search in excerpt
Filter by Categorieën
Vogels

Aantalsontwikkeling  (gemiddelde jaarmaxima)
met 3-jarig lopend gemiddelde

Voorkomen gedurende het jaar  –  verdeling over de maanden

Net als veel andere mezensoorten trekken Staartmezen buiten de broedtijd in groepjes op zoek naar voedsel. Staartmezen zijn standvogels die meestal rondzwerven in een gebied dat maar enkele kilometers verwijderd is van het broedgebied. In het Groote Wielengebied zijn ze af en toe te zien in de boomrijke delen en bij bebouwing langs de randen van het gebied. Het voorkomen door de jaren heen is nogal grillig. In sommige jaren worden veel meer vogels gezien en veel vaker dan in andere jaren. Het grootste aantal van 30 Staartmezen is gezien op 10 oktober 1992 nabij Gytsjerk.    

Broedvogel

 

Staartmezen broeden spaarzaam in dicht struikgewas langs de boomrijke randen van het Groote Wielengebied, bij de bebouwing of in een van beide eendenkooien. Het gaat meestal slechts om enkele broedparen. Mogelijk worden de vogels echter niet altijd opgemerkt bij de broedvogelinventarisaties. 

 

2000 2005 2010
1 0 2

broedterritoria in 2010

foto Jappie Seinstra