Merel

jaarvogel

659 waarnemingen, 2913 vogels

 

De Merel is vooral aan te treffen langs de boomrijke randen van het Groote Wielengebied, in beide eendenkooien en in de plukken moerasbos van de Gelte Herne en Koekoekspetten. Merels zijn oogjagers die hun voedsel als wormen en insecten op de bodem zoeken. Maar ook bessen en fruit worden graag gegeten. Op de graslanden zoeken de vogels voedsel, vaak niet ver van geboomte. Maar de meeste Merels blijven binnen de beschutting van bomen, waar ze zich veel ophouden in de ondergroei. Gelukkig laten ze zich regelmatig horen met hun gezang of alarmroep, waardoor ze toch min of meer geteld kunnen worden. 

 

meer info

Zoeken
Generic filters
Exact matches only
Search in title
Search in content
Search in excerpt
Filter by Categorieën
Vogels

Aantalsontwikkeling (gemiddelde jaarmaxima)
 met 3-jarig lopend gemiddelde

Voorkomen gedurende het jaar  –  verdeling over de maanden

Sinds halverwege de jaren negentig worden er de helft minder merels geteld dan daarvoor. Dat heeft mede te maken met het stoppen van de zogenaamde PTT-tellingen (en soortgelijke tellingen) behalve die van eind december. Juist bij tellingen in oktober tot half december, waarbij het gehele Groote Wielengebied inclusief de boomrijke plekken werd doorkruist, werden de grootste aantallen Merels geteld. Dat betekent dat de achteruitgang die zichtbaar is in de gemiddelde jaarmaxima mogelijk niet zo’n vaart loopt. Het grootste aantal Merels (45) is geteld op 31 oktober 1978 tijdens een integrale telling van het gehele Groote Wielengebied. 

Broedvogel

 

Merels broeden rond de Groote Wielen in bosschages zowel bij de bebouwing als buiten de bebouwing. De vogels broeden onder meer in de Buisman-eendenkooi, de Kobbekooi, in moerasbos in de Gelte Herne en  Koekoekspetten. De broedpopulatie bedraagt zo’n 20-30 paar.

 

2000 2005 2010
21 22 32

Broedterritoria in 2010

foto Ruurd Jelle van der Leij