Meerkoet
jaarvogel
1504 waarnemingen, 191.625 vogels
Overal waar sloten zijn, oeverzones langs meren en vaarten en zompig moerasland kunnen Meerkoeten tot broeden komen in het Groote Wielengebied. Na de broedtijd en het opgroeien van de kuikens blijven de vogels zich ophouden in de omgeving waarna ze zich, wanneer het najaar vordert en de winter zich aandient, aaneensluiten tot grote groepen. De vogels duiken naar waterplanten en grazen op de graslanden, maar altijd zo dat ze bij onraad snel het open water op kunnen vluchten van de Wielen en grotere vaarten.